Bij graafwerkzaamheden in Höhr-Grenzhausen in het Westerwald nabij de stad Koblenz in Duitsland is een stort van de firma Wingender gevonden. In deze stort zaten allerlei soorten pijpen. Van bedevaartpijpen tot een fraaie faun. Maar natuurlijk ook veel glad materiaal. De hier afgebeelde pijpenkop laat duidelijk zien hoe ons denken inmiddels veranderd is. Blote billen zijn tegenwoordig nauwelijks meer sexy of heel grappig. Maar in een tijd toen seksualiteit heel erg onderdrukt werd was de zogenaamde ‘fecalise humor’ heel populair. En natuurlijk, toen discriminatie op ras nog veel voorkomend was, moest voor zo’n stoute afbeelding geen blank meisje gebruikt worden. Gelukkig denken we nu anders.
De firma Julius Wingender in Höhr was reeds vanaf 1796 in productie in Höhr. In de tweede helft van de 19e eeuw maakte deze firma enorme aantallen eenvoudige pijpen voor de Amerikaanse markt, maar ook fraaie pijpen voor de Europese markt. Deze pijpenkop stamt vermoedelijk uit het begin van de 20e eeuw toen de pijpennijverheid, ook in het Westerwald, op zijn retour was. De stort is aangetroffen in de Jacques-Remy Str. In Höhr-Grenzhausen en is te dateren tussen 1910 en 1920.
Bedevaartspijpen uit dezelfde stort zijn gepubliceerd in het artikel: Stam, R. D., 1991. Bedevaartspijpen uit een stort van Julius Wingender & Co. PKN 14(55), p. 351- 357.
During ground works in Höhr-Grenzhausen in the German Westerwald region close to the city of Koblenz, a factory dump was found from the company Wingender. The dump contained many different types of pipes, varying from pilgrimage pipes to a beautiful decorated Faun, and offcourse many undecorated models. This months highlighted pipe is a nice example of how our thinking and views have changed over time. Naked buttocks are hardly sexy anymore today, and neither very funny. But during times when sexuality was very much suppressed the socalled 'fecalise humor' was very popular. And, during such times that racial discrimination was fairly common, a naughty picture of a 'white' or 'western' girl was not appropriate.
The company Julius Wingender in Höhr was allready active in 1796. During the second half of the 19th century this company made enormous quantities of simple pipes, mainly for the US market, but also for the European markets. This pipe probably stems from the beginning of the 20th century, when the pipe industry, also in the Westerwald was already declining. The dump was found in the Jacques-Remy Str. in Höhr-Grenzhausen and can be dated between 1910 and 1920.
Pilgrimage pipes from the same dig have been published in the article: Stam, R.D., 1991. 'Pilgrimmage pipes from a dump of Julius Wingender & Co. PKN 14(55), p. 351-357.
In het begin van de 18e eeuw zijn verschillende pijpen met apen gemaakt. De meest bekende is de pijp met op de steel KEES MAET en op de ketel aan de ene kant een rokende en aan de andere kant een uit een fles drinkende aap. Van deze pijp zijn vele varianten bekend.
Tabakswinkels hadden in de 17e eeuw soms een uithangbord met een rokende aap. Waarschijnlijk omdat zowel tabak als aapjes uit Zuid-Amerika kwamen. Een drinkende aap stond voor de vrolijke dronk.
Een geheel andere pijp met twee apen is de hier afgebeelde pijp. Aan de ene kant een op een touw schommelende aap en aan de andere kant een dansende aap met een hoed op. Dansende apen op schilderijen symboliseren de ijdelheid, onnozelheid en de dwaasheid van de mens. Mogelijk verwijst deze pijp naar rondtrekkende gezelschappen op kermissen met apen die kunstjes vertoonden.
De hier afgebeelde pijp is in Gouda gevonden en is in de periode 1700-1720 te dateren. Het schilderij met apen is uit het atelier van David Teniers de Jonge.
Literatuur:
Faas, C., 1989. Steelinformatie bij twee 18e-eeuwse versierde pijpenkoppen. PKN 12 (47), p. 146-148.
Faas, K., 2013. Avoes en Avous . PKN 36(140), p. 6-7.
Smiesing, P., 1989. Pijpenkoppen van Wittenburg. PKN 12 (47), p. 164-171.
Smiesing P., 1991. Een misleidende tekst op een pijpensteel. PKN 14 (54), p. 338.
In the early parts of the 18th century, various pipes with decorations of monkeys were made. The best known is a pipe with the text 'Kees Maet' on the stem and a smoking monkey on one side of the bowl, and a drinking monkey on the other side. Many variations are known.
Tobaccoshops sometimes carried a sign with a smoking monkey. Most likely because both tobacco and monkeys came from South America. Drinking monkeys generally represented a cheerful drink.
A completely different 'monkey' pipe is highlighted this month. On one side of the bowl we see a monkey swinging on a rope, and on the other side a dancing monkey wearing a hat. Dancing monkeys on paintings generally symbolise the vanity, simple mindedness and foolishness of man.
This pipe possibly references the theatrical tours on fairs and local events that often carried monkey doing tricks.
This months pipe was found in the city of Gouda and can be dated between 1700 and 1720. The painting with the monkeys is from the workshop of David Teniers the younger.
Literature:
Faas, C., 1989. Steelinformatie bij twee 18e-eeuwse versierde pijpenkoppen. PKN 12 (47), p. 146-148.
Faas, K., 2013. Avoes en Avous . PKN 36(140), p. 6-7.
Smiesing, P., 1989. Pijpenkoppen van Wittenburg. PKN 12 (47), p. 164-171.
Smiesing P., 1991. Een misleidende tekst op een pijpensteel. PKN 14 (54), p. 338.
In Japan waren de pijpen (kiseru) heel anders dan de pijpen die wij hier kennen en ook de tabak die in deze pijpen gerookt werd verschilde nogal van wat we hier normaal is. De traditionele Japanse pijp heeft een kop van metaal en is heel klein. De binnenkant van de kop heeft vaak een doorsnede van 0,7 tot 0,8 cm. De steel is meestal van bamboe en het mondstuk is van metaal (afb. 1) . Ook zijn er kiseru’s geheel uit metaal gemaakt. De tabak was heel fijn gesneden (0,3 mm) (afbeelding 2).
Op afbeelding 3 zijn een geheel metalen kiseru en twee uit klei gemaakte kiseru’s te zien. De metalen pijp stamt uit het eind van de Edo periode (1603-1868) of het begin van de Meiji periode die tot 1912 liep. De metalen kiseru is handgemaakt uit messing, heeft een fijn reliëf met takjes en bladeren en daartussen is een zilver uiltje aangebracht. Kiseru’s van klei zijn weinig traditioneel. De Kiseru in bruin aardewerk met grijze steel is gemaakt in de Tweede Wereldoorlog toen er, voor andere dan oorlogsdoelen, geen metaal beschikbaar was. De witte kiseru is voor een heel ander doel gemaakt, namelijk hasj. Deze laatste is in Nederland aan het eind van de vorige eeuw in een coffeeshop gekocht, maar is wel in Japan vervaardigd.
Collectie Ruud Stam (afb. 3) en Bert van der Lingen (afb. 1 en 2).
In Japan, tobacco pipes ('kiseru') were quite different from the pipes as we know them here. Also the tobacco that was used differed quite a bit from what the standards in our part of the world. The traditional Japanse pipe has a metal bowl, and is very small. The inside of the bowl often measures only 7 to 8 mm. The stem is mostly made out of bamboo, and the mouthpiece is made out of metal (image 1). Some Kiseru's are made completely out of metal. The tobacco was extremely fine cut (0.3 mm !), see image 2.
Image 3 shows a metal Kiseru, and two versions made of clay. The metal pipe can be dated towards the end of the Edo-period (1603-1868), or the beginning of the Meiji period which ended in 1912. The metal Kiseru is handmade out of brass, has a delicate embossment with twigs, leaves and silver inlaid owl. Clay versions of the Kiseru are not very traditional. The brown Kiseru was made in the second world war when no metals were available. The white Kiseru was made for a completely different purpose: hasj. This last one has been purchased in a Dutch coffeeshop during the end of last century, but has been manufactured in Japan.
Collection Ruud Stam (image 3) and Bert van der Lingen (images 1 & 2)
Houten tabakspijpen komen niet vaak voor als bodemvondst. De hier afgebeelde pijp is gevonden tijdens bagger werkzaamheden in Wormerveer. Door het verblijf in de modder is de pijp goed geconserveerd.
De pijp is grof uitgesneden in de vorm van een mannenkop met diepliggende ogen en mond, rimpels, een baard en grote bakkenbaarden. Op het hoofd een muts met een band. Mogelijk heeft men hier een zeeman uitgebeeld. De steel loopt schuin omhoog. Het mondstuk en montagebusje zijn niet meer aanwezig. Het snijwerk is grof gedaan en lijkt gemaakt te zijn als huisvlijt. De steel staat schuin op de ketel en de ketel zelf is ook schuin uitgesneden.
One does not often find wooden tobacco pipes. This one was found during dregding works in Wormerveer. The wet mud will have kept the pipe in fairly good condition.
The pipe has been shaped fairly crudely in the form of a mans head with deep eyes and mouth, wrinkles, a beard and large whiskers. The man is wearing a hat with a ribbon.
Possibly it's depicting a sailor. The stem points up diagonally. The mouthpiece and connection tube are not present anymore. As the carvings are done fairly crude, this looks like a result of 'house or hobby-work' .
Een fraaie pijp uit een versleten persvorm. De pijp van deze maand is gemaakt door Wouter Groenenberg uit Gorinchem in de periode circa 1760-1785 en teruggevonden in de binnenstad van Delft. Wouter trouwde in 1756 op 26-jarige leeftijd en in 1762 kocht hij een huis in de Dalemstraat. Rond deze periode zal hij als zelfstandig pijpenmaker zijn begonnen. Wouter overleed voor 1784 maar mogelijk heeft zijn weduwe het bedrijf nog enkele jaren voortgezet.
Links op de pijp staat het merk WGB dat geregistreerd stond op naam van Wouter GroenenBerg. Daarboven is een koorddanser afgebeeld en op de rechterkant van de kop een pijp rokende man op een knopstoel. Het rasterwerk daaronder zal een plavuizen vloer voorstellen. De vormnaden zijn met een kam bestreken. Op de steel zien we een walvis met geopende bek. Zowel de ‘koorddanser’ als ‘de man op de stoel’ waren bekende merken uit Gouda. De personages zijn hier echter niet als merk afgebeeld maar als decoratie. Het is zeer goed mogelijk dat Groenenberg dit opzettelijk deed om een graantje mee te pikken van de bekendheid van deze Goudse merken.
Een tweede exemplaar uit exact dezelfde koperen persvorm is eveneens in Delft gevonden. Deze pijp is gezien de scherpere afdruk iets eerder gemaakt. Het lange fragment bevindt zich in het Tabakshistorisch Museum Delft (lengte 8,8 cm, hoogte 4,2 cm). De andere pijp bevindt zich in de collectie van Steven van Haaren. Tekst en foto’s Bert van der Lingen.
Literatuur:
-Meulen, J. van der, J. P. Brinkerink en P. von Hout, 1992. Tabakspijpennijverheid in Gorinchem. PKN, Leiden, 1992.
A beautiful pipe from a worn out mould. This month's pipe was made by Wouter Groenenberg from Gorinchem, between 1760 and 1785 and was found in the city centre of Delft. Wouter married at the age of 26 in 1756 and bought a house in the Dalemstraat in 1762. This will most likely be the period that he started as an independent clay pipe maker. Wouter died in 1784 but it is likely that his widow did continue the business for several years after that.
On the left side of the bowl we can see the letters WBG that formed Wouter's registered mark. Above that an equilibrist and on the right side of the bowl a pipe smoking man in a chair. The lattice work pattern below will most likely depict a tiled floor. The bowl seams are smoothed using a special 'comb' technique.
The stem shows a big fish or whale with its mount wide open.
Bothe the 'equilibrist' as the 'man on the chair' were famous makers marks from the city of Gouda. On this pipe however, they are not used as the makers mark but as decorative elements, most likely done by Wouter to create the impression of a famous and popular product from Gouda.
A second version of this pipe, from the exact same mould was also found in Delft. This latter one was produced earlier as the decorations are much sharper then the other one which was produced later when the mould allready showed signs of wear.
The pipe with the long stem is part of the collection of the Delft Museum of Tobacco History (length 8,8 cm, height 4,2 cm). The other is from the collection of Steven van Haaren.
Text and photos by Bert van der Lingen.
Literature:
-Meulen, J. van der, J. P. Brinkerink en P. von Hout, 1992. Tabakspijpennijverheid in Gorinchem. PKN, Leiden, 1992.
De hier afgebeelde pijp is een pijp van Julius Wingender & Co uit Höhr-Grenzhausen (Westerwald, Duitsland). Deze pijp is tegen het eind van de 19e eeuw gemaakt. De kop is bruin gelakt en de steel is van been. Deze pijp is ook opgenomen in de fabriekscatalogus van Julius Wingender uit de periode 1900-1910. De firma Julius Wingender in Höhr was reeds vanaf 1796 in productie in Höhr.
Door de Duitse bedrijven werden in de tweede helft van de 19e eeuw miljoenen goedkope pijpen voor de arbeiders in de industrie in Amerika gemaakt. Vooral na 1880 was de export van het Westerwald naar Amerika enorm groot. Deze goedkope pijpen konden op de Engelse markt echter niet worden verkocht omdat ze door hun matige kwaliteit en simpele vormgeving niet konden concurreren met de Engelse producten. Nederlandse pijpen daarentegen konden in Engeland tot ca 1880 wel goed worden afgezet, omdat de kwaliteit daarvan veel beter was dan van de Duitse pijpen. De Goudse bedrijven konden niet zo goedkoop produceren als de pijpenmakers uit het Westerwald en konden daardoor minder goed op de Amerikaanse markt concurreren. Uit de Nederlandse statistieken uit die tijd, die ook de export van het Westerwald weergeven, is dan ook duidelijk te zien dat de pijpenmakers uit het Westerwald vooral naar Amerika exporteerden en de Goudse bedrijven tot circa 1880 zowel naar Engeland als naar Amerika hun producten afzetten.
Sommige grote bedrijven uit het Westerwald hadden naast hun enorme export naar Amerika ook nog een kleinschalige export van kwaliteitspijpen naar Engeland. Zo ook de firma Wingender. De hier afgebeelde pijp is zo’n kwaliteitspijp die in London gekocht is van een familie waar deze pijp al generaties in bezit was. Dit is een duidelijke aanwijzing voor de export van kwalteitspijpen naar Engeland door deze firma.
Collectie Ruud Stam, foto’s Bert van der Lingen.
A beau This months pipe was made by the company Julius Wingender & Co from Höhr-Grenzhausen (Westerwald, Germany). This pipe was made towards the end of the 19th century. The bowl has been finished with a brown glaze and the stem is made of bone. This pipe is also featured in the factory catalog by Julius Wingender from 1900-1910. The company started it's production in the town of Höhr in 1796.
German pipe makers produced millions of relative cheap pipes during the second half of the 19th century, mainly for the industry workers in America. Especially after 1880, the export from the Westerwald region to America was extremely large. These cheap products could not easily be sold in other markets like England, as their average to poor quality and simple forms could not compete with the English made pipes. Dutch pipes from Gouda on the other hand, were relatively successfull in England as their quality was so much better then the German ones. For the pipemakers in Gouda it was impossible to produce at the cost levels that the German makers achieved, so Dutch export to America was very limited. From the Dutch export registers (which also include export data from the Westerwald) we learn that the German manufacturers primary dominate the export to America, and the Dutch makers dominate the export towards England.
Some German companies however, also made higher quality products specifically aimed at the English market, like the company Wingender.
This month's pipe is an example of such quality pipe, it was purchased in London from a family that had owned this specific pipe for serval generations. A great example of a high quality claypipe made for the English market, by a German company/
Collection Ruud Stam, photos Bert van der Lingen.
Deze maand een pijpje van bescheiden formaat met ovale ketel en een slingerend takje met gestileerd blad als decoratie. Afgebeeld is een miniatuurpijpje dat gemaakt werd als curiositeit. De lengte bedraagt slechts 6,5 centimeter en de hoogte van de ketel 1 centimeter.
Deze pijpjes waren niet bedoeld om als tabakspijp te gebruiken maar werden voornamelijk gemaakt als decoratieartikel en souvenirpijpjes. Ze konden opgehangen worden in speciale pijpenrekjes of in een kleine pijpenstandaard te pronk worden gezet. De verkoop gebeurde veelal in doosjes per zes stuks. Wat dit pijpje bijzonder maakt is dat er, ondanks de minimale ketelinhoud, uit gerookt is.
Productiecentrum: Gouda, Firma De Jong & Co(?), 1920-1960.
Collectie Steven van Haaren, foto’s Bert van der Lingen.
Bron: Loeff, K., 1991, ‘Miniatuurpijpjes’. PKN 13(52), p. 289-300.
Dit artikel kunt u lezen op onze website onder Publicaties – PKN blad (Archief eerdere jaargangen PKN blad) of direct via deze link http://anyflip.com/dpcc/efmp/
This month a pipe of very modest dimensions with an oval shaped bowl and floral motive. This is a so called 'miniature' pipe which was made as a souvenir or curiosity. The total length is only 6,5 cm and the bowl height is 1 centimeter.
These pipes were not made for smoking, they were mainly meant as a decorative item or souvenir. Special wall hangers were made for these type of pipes and even miniature pipe stands. They were mostly sold in boxes in groups of 6. What makes this pipe special is the fact that despite it's small size, it has oddly been smoked.
Produced : Gouda, Firma De Jong & Co(?), 1920-1960.
Collection Steven van Haaren, photos Bert van der Lingen.
Source: Loeff, K., 1991, ‘Miniatuurpijpjes’. PKN 13(52), p. 289-300.
This article you can read in the publications archive on our website : http://anyflip.com/dpcc/efmp/
Hierboven een voorbeeld van een doosje minatuurpijpjes van de firma Goedewaagen uit Gouda. Rechts hiernaast een plateel pijpenrekje speciaal voor miniatuur pijpjes.
Deze maand een bijzondere figurale steelpijp waarvan de tabaksketel in de vorm van een apenkop. De aap draagt een militair uniform met tweekante steek en jas met hoge kraag. Rechts op de steek een veer, een kokarde en een lisknoop met zwart galon, die lijken te verwijzen naar een persoon met een hoge militaire rang. Mogelijk gaat het om een karikatuur maar het is onbekend naar wie hier verwezen wordt. De pijp is gemaakt in een tweedelige persvorm van zwartbakkende klei en bedekt met bruinrode verf. Datering circa 1860-1900.
Productiecentrum mogelijk Frankrijk, ongemerkt.
Collectie Ria van Heerden, foto’s Bert van der Lingen.
This month a special figural stemmed pipe with a bowl in the shape of a monkey's head. It's wearing a militaire uniform and a jacket with a high collar. On the righthand side of the military hat we see a cockade and a feather. This seems to be a reference to a figure or person with a fairly high military rank. Possibly this pipe is meant to serve as a caricature but unfortunately it is unknown to whom this refers.
The pipe is made of black fired clay in a two piece mould. It dates to approximately 1860-1900. Possibly made in France, no makers marks.
Collection Ria van Heerden, phots Bert van der Lingen
De pijp van de maand november komt uit Schoonhoven en is ‘verpakt’ in een ijsselsteentje uit de achttiende eeuw.
In de jaren zeventig van de twintigste eeuw kocht Kees Verkooijen uit Breda een partij ijsselsteentjes bij een lokaal sloopbedrijf om een sierschouw te maken achter een gaskachel in zijn huiskamer. Tijdens de werkzaamheden zag hij het steentje met de pijpenkop. Hij vond hem zo bijzonder dat hij besloot hem niet in te metselen. De pijp werd, samen met andere prullaria in een oude steenvorm gezet, die hij in de huiskamer aan de muur had hangen als een soort curiositeitenkastje.
Het blijft een raadsel waarom de pijpenkop in de steen terecht gekomen is tijdens de productie. Het meest aannemelijk is dat het opzettelijk gebeurde, bijvoorbeeld als ‘grapje’ van de stenenvormer die zijn gebroken pijp kwijt moest en in de natte klei van de baksteen mee vormde.
De pijp is op de linkerkant in reliëf gemerkt met de N gekroond en daarboven de letters IGN waarbij de N in spiegelschrift is weergegeven. Dit merk wordt toegeschreven aan de pijpenmaker Jacobus van Genderen welke tussen ca 1700 en 1740 werkzaam zal zijn geweest.
This month a pipe bowl, 'packaged' inside a 18th century brick. During the seventies in the 2oth century, Kees Verkooijen from Breda purchased a batch of so called 'IJssel bricks' from a local demolition company, to build a brick hearth behind his gas furnace in his living room. During the work, het noticed a particular brick with a pipe bowl baked into it. The simple uniqueness of this combination made him keep this brick separate and not become part of his new hearth. The brick with the bowl attached was placed and kept safe in his personal 'curiosity' cabinet.
It's unclear how and why the pipe bowl became part of the brick during it's manufacturing process. Most likely this was done on purpose by the 'brick shaper' who added his broken pipe to a fresh, wet lump of clay.
On the left side of the bowl, we see the decoration with a crowned N, and the maker's marks IGN above the crown, as was typical for dutch pipemakers from the 18th century. The initials IGN were used by the pipemaker Jacobus van Genderen who worked between approx. 1700 and 1740 in the city of Schoonhoven.
De pijp van de maand December is een gegoten kleipijp van de firma Zenith met handgeschilderde voorstelling van Markense klederdracht.
De verschillende klederdrachten waren een geliefd onderwerp om op gegoten pijpen af te beelden. Op deze vier en een halve centimeter hoge pijp van de Zenith uit Gouda staan twee vrouwen afgebeeld in klederdracht uit Marken.
Ter vergelijking is een historische afbeelding uit de Provinciale Atlas van Noord-Holland bijgevoegd, waarop duidelijk de klederdracht te zien is. In Marken waren er grote verschillen in de klederdracht. De blauwe schort en het kleine witte kapje en de witte klompen zijn ondermeer karakteristiek voor Marken.
Aan de zijkanten van de pijp staan groene geometrische figuren die in de Art Déco periode vaak te zien zijn op beschilderde gegoten pijpen. De datering van de pijp is rond 1920.
The pipe of the month December is a slibcast clay pipe made by the company Zenith with a hand painted decor of women wearing local traditional clothes.
Traditional local customary wear was a popular subject for these type of slibcast pipes. This pipe measures 4.5 cm in height and shows two women with traditional wear from the town of Marken (province North Holland). On a separate image from a provincial historic atlas once can clearly see the historic clothing. Differences in clothing between different towns and villages were very common. The blue skirt, the small white headcap and the white clogs were characteristic for Marken.
On the left and right side of the bowl we can see two green coloured geometrical forms that were very popular during the Art Deco period on handpainted pipes. This model dates from around 1920.
Marken vroeger. Op de voorgrond vier vrouwen en een kind in klederdracht. Collectie Provinciale Atlas, Noord-Hollands Archief.
Historic Marken. On the left in the front four women and a child in traditional costumes. Collection Provincial Atlas, Archives of North Holland.